In deze tentoonstelling onderzocht ik de verhouding tussen de stad en het omringende groen.
In de tentoonstelling Groene Vingers in Arcam werd de plattegrond van Amsterdam getoond als een zogenaamde vingerplattegrond. Het bebouwde stadsgebied wordt namelijk onderbroken door groene scheggen of ‘vingers’ die van buitenaf de stad in dringen: de IJmeer-, Diemer- en Amstelscheg, het Amsterdamse Bos, de Westrand, de Zaanse Scheg en Waterland. Vaak worden deze groene gebieden opgevat als restruimten, maar in de expositie werd voor één keer de stad Amsterdam als restruimte beschouwd. De tentoonstelling toonde de recreatieve, ecologische en landbouwkundige functies, cultuurhistorische achtergronden, bedreigingen en kansen van de groende scheggen. Ook aan toekomstplannen werd aandacht besteed.
Deze expositie was onderdeel van een cultureel programma rond het Groene Hart dat een sportief hoogtepunt kende in een professionele wielerronde op 25 maart 2007. Ook organiseerde ik voor Arcam een openbaar debat over dit thema en gaf voormalig rijksadviseur voor het landschap Dirk Sijmons een lezing in de Brakke Grond. Zie ook de website van ARCAM voor meer informatie.